tweede-kamer-2.jpg
25 april 2024

Kamer bezorgd over private equity in de zorg

Vorige week vond in de Tweede Kamer een dertigledendebat plaats met minister Helder (VWS) over private equity (privaat vermogen) in de zorg.

Aanleiding vormde vooral de aanhoudende berichten over misstanden in de huisartsenzorg in relatie tot private equity. Voorafgaand aan het debat had de minister een onderzoeksrapport van Ernst & Young over private equity in de zorg naar de Tweede Kamer gestuurd. In dit rapport wordt ook aandacht besteed aan de omvang ervan in de fysiotherapie.

In het debat was uiteraard vooral aandacht voor de gevolgen van private investeringen en overnames in de huisartsenzorg. Veel Kamerleden gaven daarover hun mening en stelden kritische vragen aan minister Helder. Zo stelde Kamerlid Dijk (SP) dat private equity in de huisartsenzorg leidt tot geen binding met de regio en dus ook geen binding met de gemeenschap.

Voorstellen tot transparantieregister en meer regulering

Kamerlid Bushoff (GroenLinks-PvdA) vindt de hoge winsten van commerciële huisartsketens onaanvaardbaar en wil private winst ten koste van publieke voorzieningen een halt toeroepen. Hij vroeg de minister of zij bereid is om met een transparantieregister te komen voor private equity in de zorg, zodat we weten waar private equity actief is.

CDA-Kamerlid Krul pleitte voor meer regulering op private equity in de huisartsenzorg en vindt dat er wegens personeelsschaarste in de toekomst meer vernieuwing en regionale samenwerking in de huisartsenzorg moet komen.

De Kamerleden Claassen (PVV) en Jansen (NSC) wezen vooral op de negatieve gevolgen van private investeerders voor de bereikbaarheid en beschikbaarheid van de zorg, waardoor de kwaliteit van de patiëntenzorg onder druk komt te staan.

Ingrijpen als niet aan voorwaarden wordt voldaan

Kamerlid Tielen (VVD) noemde dat zorgaanbieders zorgen en vragen hebben over bijvoorbeeld de financiering van de nodige huisvesting van de huisartsenpraktijk. Daarnaast vinden banken leningen voor een vernieuwende zorgpraktijk vaak te risicovol. Ook hebben volgens Tielen zorgaanbieders in veel gevallen geen geld voor nieuw personeel. De oplossing voor zorgaanbieders is vaak financiering, dus geld van andere banken, van pensioenfondsen en van investeerders, oftewel: van private equity. Ze stelde dat het nodig is om in te grijpen als er niet aan voorwaarden zoals goede kwaliteit, innovatie en goede toegang wordt voldaan.

Helder: het hebben van partijen met winstoogmerk niet per se problematisch

Minister Helder stelde dat het hebben van partijen met een winstoogmerk niet per se problematisch is, tenzij dit streven naar winst ten koste gaat van de kwaliteit, toegankelijkheid en betaalbaarheid. De toezichthouders IGJ en NZa trekken gezamenlijk op om daar bovenop te zitten en aandacht te houden voor de continuïteit en de beschikbaarheid van de zorg, aldus de minister. Verder stelt de minister dat de conclusie van Ernst & Young is dat zij geen verschil zien in de toegankelijkheid en kwaliteit van zorg tussen partijen die met private equity gefinancierd zijn en partijen die dat niet zijn.

Aangenomen moties onderstrepen brede zorg

Aan het eind van het debat dienden Kamerleden een heel aantal moties in. Over die moties is afgelopen dinsdag gestemd. Van alle moties werd er slechts één verworpen, de andere negen werden aangenomen. Hieruit en uit de inhoud van de moties blijkt de brede zorg in de Tweede Kamer over de rol van private equity in de zorg. Zo is een motie van PVV en CDA aangenomen die de regering verzoekt om private equity uit de gehele zorg te weren en voor het debat over de Voorjaarsnota met een plan van aanpak te komen voor hoe zij dit gaat realiseren. Een motie van NSC, CDA en GroenLinks-PvdA verzoekt de regering de mogelijkheden te onderzoeken van zorgaanbieders om het huidige verbod op winstuitkering in de zorg te ontwijken. En een motie van VVD en NSC vraagt om te onderzoeken hoe nieuwe zorgaanbieders vooraf strenger gecontroleerd kunnen worden op financiële stromen en eigenaarschap.